Iedereen weet dat je je bezittingen en persoonlijke gegevens goed moet beschermen. Daarom zit er een slot op je deur en geef je niet zomaar iedereen een sleutel. Helaas gaan nog veel mensen minder zorgvuldig met hun digitale gegevens om. De waarde van een goed beveiligd wifi-netwerk wordt nogal eens onderschat. Maar als hackers toegang krijgen tot jouw wifi-netwerk, kan dit ernstige gevolgen hebben.
Als hackers eenmaal verbonden zijn met je wifi-netwerk, hebben ze vrij spel met jouw persoonlijke gegevens. Zo kunnen ze meekijken op je pc en je wachtwoorden achterhalen, je computer helemaal overnemen of toegang krijgen tot apparaten die op hetzelfde netwerk zijn aangesloten. Zo hoeven niet zoals echter inbrekers je huis binnen te dringen, maar kunnen het wifi-signaal gewoon buiten je huis oppikken.
Voorkom dat ongewenste gasten toegang krijgen tot je wifi-netwerk en met je persoonlijke gegevens aan de haal gaan. Met onderstaande tips kun je heel eenvoudig je wifi-netwerk extra goed beveiligen.
Verander de naam van je wifi-netwerk
Elk wifi-netwerk heeft een naam en dat noemen we de SSID (Service Set Identifier). Als je een router opgestuurd krijgt van je provider, dan heeft deze een standaard netwerknaam en wachtwoord meegekregen. Deze standaard netwerknaam bevat meestal de naam van het merk of de naam van je provider. Voor hackers is het redelijk eenvoudig om via deze standaard netwerknaam het standaard wachtwoord te achterhalen. Foute boel dus! Het is daarom belangrijk om direct de naam van je wifi-netwerk te veranderen. Zorg dat de nieuwe naam niet herleidbaar is naar jezelf, zoals bijvoorbeeld je naam of adres.
Michiel de Router of misschien wel Pretty fly for a WiFi? Lees het artikel de grappigste namen voor je wifi-netwerk om inspiratie op te doen voor een leuke naam voor je eigen wifi-netwerk.
Beveilig je netwerk altijd met een wachtwoord
Laat je wifi-netwerk nooit open staan, maar beveilig deze altijd met een wachtwoord. Heb je van je provider een standaard wachtwoord gekregen, dan raden we je aan dit wachtwoord direct te veranderen. Zoals we hierboven al aangaven, kan een hacker het standaard wachtwoord redelijk makkelijk achterhalen aan de hand van de standaard netwerknaam.
Kies uiteraard altijd voor een sterk wachtwoord en niet voor wachtwoorden die alsnog makkelijk te raden zijn, zoals welkom123, gebruiker of wachtwoord.
Maak een extra netwerk voor gasten aan
Bijna alle routers bieden de mogelijkheid om een extra netwerk voor gasten aan te maken. Maak hier gebruik van! Zo kan je de visite nog gewoon toegang geven tot een wifi-netwerk, maar dan wel eentje die volledig gescheiden is van jouw eigen thuisnetwerk. Vergeet niet om je gastnetwerk van een uniek wachtwoord te voorzien. Op die manier kun je zelf bepalen wie je toegang geeft tot dit gastnetwerk.
Update regelmatig al je apparaten
Door de firmware van je router regelmatig te updaten, zorg je voor een betere en veiligere verbinding. We raden je aan om updates daarom altijd automatisch te laten installeren. Dan hoef je er zelf niet meer naar om te kijken en gebeurt het helemaal vanzelf. Heb je een router van je provider gekregen, dan staan deze automatische firmware updates meestal al aan. Hoe dit bij jouw provider is geregeld, kan je meestal terugvinden op hun website. Heb je een eigen router (of modem), dan vind je de informatie over firmware instellingen terug op de website van de fabrikant.
Maar dan ben je er nog niet. Het is daarnaast ook belangrijk om alle apparaten die aangesloten zijn op je wifi-netwerk regelmatig te updaten. De fabrikanten van die apparaten brengen ook regelmatig software updates uit. Dat is niet zonder reden. Voor een veilig wifi-netwerk is het dus belangrijk om niet alleen je router te updaten, maar ook je smartphones, computers, tv’s, tablets, enz.
Schakel WPS uit
WPS staat voor Wifi Protected Setup en is een methode apparaten op een hele eenvoudige manier met je wifi-netwerkt te verbinden. Bij het opzetten van de verbinding is één druk op de WPS-knop voldoende en hoeft er geen wachtwoord ingevoerd te worden. Handig, maar het levert ook beveiligingsproblemen op. Gebruik je het niet, schakel deze optie dan uit.
Schakel Remote Access uit
Normaal gesproken heb je alleen toegang tot je router instellingen als je verbinding hebt met het wifi-netwerk van de router. Met andere woorden: als je in de buurt bent van je router. Met Remote Access kan je de router ook benaderen als je op een externe locatie bent, zolang je maar de beschikking hebt over een internetverbinding. Dit kan dus overal ter wereld zijn. Handig, maar tegelijkertijd ook een groot beveiligingsrisico. We raden je dan ook aan om remote access uit te schakelen, tenzij je een hele goede reden hebt om het wel te gebruiken.
Kies WPA2 of WPA2-AES als versleuteling
De versleuteling of encryptie zegt iets over de beveiliging van de data op het moment dat deze wordt uitgewisseld tussen de zender (de router) en de ontvanger (jouw telefoon of computer). De versleuteling zorgt ervoor dat deze data niet onderschept kan worden door hackers. Kies voor de WPA2 of als het mogelijk is de WPA2-AES versleuteling. Kies niet meer voor de verouderde en daardoor onveilige encryptiesleutels WEP of WPA-PSK.
Schakel UPnP uit op je router
UPnP is de afkorting van Universal Plug and Play. UPnP is een protocol dat ervoor zorgt dat apparaten in je netwerk elkaar automatisch kunnen vinden en direct met elkaar kunnen communiceren. Je hoeft de apparaten daarvoor niet handmatig in te stellen. Zo staat UPnP apparaten toe om poorten te forwarden.
UPnP gebruikt geen vorm van authenticatie en is daarmee een beveiligingsrisico. Als je dus geen gebruik maakt van UPnP, dan is het verstandig om dit direct uit te schakelen op je router.